Abstract
Het conservatoir beslag op goederen uit de nalatenschap voor een vordering van de kinderen van erflater, blijft een boeiend onderwerp. In de onderhavige casus is door twee kinderen (hierna: A en B) conservatoir beslag gelegd op een onroerende zaak (en enkele omliggende/bijbehorende percelen). A en B, geboren uit een eerder huwelijk van erflater zijn in diens testament ‘weloverwogen en bewust’ onterfd, hetgeen blijkt uit het testament dat is geciteerd in de uitspraak in eerste aanleg (rb. Midden-Nederland 6 februari 2023, ECLI:NL:RBMNE:2023:408, «JERF» 2023/70). Als erfgenamen zijn in het testament benoemd de echtgenoot van erflater (voor 1%) en de twee kinderen van erflater en deze echtgenoot (hierna: X en Y, samen voor 99%). Voorts zijn
in het testament diverse andere legaten opgenomen, ten behoeve van de echtgenote en X en Y. Aan A en B zijn ieder twee legaten toegekend, waarbij voor deze bijdrage het tweede legaat het meest interessant is: een bedrag ter grootte van de legitieme portie, waarop hetgeen zij op grond van andere legaten en giften ontvangen in mindering moet worden gebracht. Deze legaten zijn
– kort gezegd –opeisbaar na het overlijden van de echtgenoot. De erfgenamen hebben de nalatenschap beneficiair aanvaard. In deze procedure ligt de vraag voor of het door de kinderen uit het eerdere huwelijk gelegde beslag moet worden opgeheven.
in het testament diverse andere legaten opgenomen, ten behoeve van de echtgenote en X en Y. Aan A en B zijn ieder twee legaten toegekend, waarbij voor deze bijdrage het tweede legaat het meest interessant is: een bedrag ter grootte van de legitieme portie, waarop hetgeen zij op grond van andere legaten en giften ontvangen in mindering moet worden gebracht. Deze legaten zijn
– kort gezegd –opeisbaar na het overlijden van de echtgenoot. De erfgenamen hebben de nalatenschap beneficiair aanvaard. In deze procedure ligt de vraag voor of het door de kinderen uit het eerdere huwelijk gelegde beslag moet worden opgeheven.
Original language | Dutch |
---|---|
Article number | JERF 2024/45 |
Pages (from-to) | 222-225 |
Number of pages | 4 |
Journal | Jurisprudentie Erfrecht |
Volume | 2024 |
Issue number | 3 |
Publication status | Published - 22-Apr-2024 |
Court cases
Court | Hof Arnhem-Leeuwarden |
---|---|
Date of judgement | 07/11/2023 |
ECLI ID | ECLI:NL:GHARL:2023:9414 |
Case number | 200.324.292/01 |