Abstract
Ondanks de klinische verbetering die in het eerste jaar optrad
en die daarna min of meer constant aanwezig bleef in de 3 à 5
jaar dat het onderzoek duurde, bleek uit het róntgenologisch onderzoek
dat de gewrichtsafwijkingen gelijkmatig toenamen in de
loop der jaren. Verschillen in oorspronkelijke dosering bleken
geen invloed op de mate van progressie van róntgenologische
afwijkingen uit te oefenen.
uit het onderzoek komt de volgende conclusie naar voren:
Bij toediening van een goudzout met een goudgehalte van 50%
verdient een wekelijkse dosering van 50 mg (= 25 mg metallisch
goud) tot een totale dosis van 1000 mg, zonodig na enige tijd
gevolgd door een of meer herhalingen van deze kuur, de voorkeur
boven een goudkuur met een hogere dosering, omdat de
laatste geen beter therapeutisch resultaat geeft, doch wel meer bijverschijnselen veroorzaakt.
Het geven van een onderhoudsdosering met goud na een depotkuur lijkt aan te bevelen. ...
Zie: Samenvatting
Original language | Dutch |
---|---|
Qualification | Doctor of Philosophy |
Awarding Institution |
|
Supervisors/Advisors |
|
Award date | 23-Jun-1971 |
Publisher | |
Publication status | Published - 1971 |