De bruikbaarheid van de ‘shaken baby syndroom’-hypothese in het strafproces

Research output: Contribution to journalArticleAcademicpeer-review

395 Downloads (Pure)

Abstract

In het Nederlandse strafproces wordt regelmatig gebruik gemaakt van deskundigenbewijs van deskundigen die uitgaan van de ‘shaken baby syndroom’-hypothese om aan te tonen dat een verdachte een baby heeft mishandeld of gedood. In onder meer de Verenigde Staten en Engeland
woedt een felle discussie over het gebruik van de ‘shaken baby syndroom’-hypothese.Critici wijzen erop dat het huidige wetenschappelijke en medische onderzoek twijfels zaait over de juistheid van de uitgangspunten van de ‘shaken baby syndroom’-hypothese. In dit artikel wordt een aanzet gegeven voor een discussie over de bruikbaarheid van de ‘shaken baby syndroom’-hypothese in het Nederlandse strafproces.
Original languageDutch
Article number2016/44
Pages (from-to)504-516
Number of pages13
JournalDelikt en Delinkwent
Volume2016
Issue number7
Publication statusPublished - Sept-2016

Cite this