Abstract
In dit rapport worden de resultaten van de tussentijdse evaluatie van de Dialoogtafel gepresen- teerd. Dit is een externe evaluatie, uitgevoerd door onderzoekers van de Rijksuniversiteit Gro- ningen en onderzoeksbureau Pro Facto, in opdracht van de Dialoogtafel zelf. In dit onderzoek staat als hoofdvraag centraal:
Voorziet de Dialoogtafel in een behoefte, is aan die behoefte op een effectieve wijze invulling gegeven en wat zijn de condities voor een succesvol vervolg?
Op basis van een documentstudie en gesprekken met deelnemers en andere betrokkenen, heb- ben wij een analyse gemaakt van het functioneren van Tafel sinds de oprichting in maart 2014. Daarnaast presenteren wij een advies voor de toekomstige positionering en inrichting van de Dialoogtafel.
Het doel van de Dialoogtafel was om bij te dragen aan het herstel van vertrouwen in de regio. Hierbij werd de Tafel ingezet als uiting van een nieuwe besturingsfilosofie waarbij, aanvullend op de traditionele verticale besturing, juist horizontaal overheden, bedrijven en burgers bij elkaar worden gebracht om daarmee op consensus gericht overleg te organiseren. Daarbij moet wel worden aangetekend dat bij de start van de Tafel onder deelnemers verschil van inzicht bestond – en is blijven bestaan – over de exacte invulling van die filosofie voor wat betreft functie, taakopvatting en rollen van de Dialoogtafel.
De Tafel heeft een grote rol gespeeld in onder andere het opzetten van het Centrum Veilig Wonen, de totstandkoming van het schadeprotocol, het ontwerp van de regeling waardevermeerdering, de start van veel maatregelen op het gebied van leefbaarheid, en zij heeft voor een groot deel bijgedragen aan de komst van de Nationaal Coördinator Groningen en de bijbehorende Overheidsdienst Groningen.
Toch bestaat er ontevredenheid over het functioneren van de Tafel. Er lijkt sprake te zijn geweest van blokvorming aan Tafel. Aan de ene kant stonden de akkoordpartijen (vertegenwoordigers namens overheden en de NAM), die konden terugvallen op hun bestuurlijke ervaring en hun professionele organisaties en zich bovendien vaak beriepen op het bestuursakkoord. Aan de andere kant stonden de maatschappelijke organisaties, die het werk aan de Tafel naast hun dagelijkse werkzaamheden moesten doen, en hierdoor veelal moeite hadden om tegenwicht te bieden. De twee voorzitters zagen zich gedwongen om de hieruit voortkomende ongelijkheid te compenseren, tot ontevredenheid van de akkoordpartners. Daar kwam nog bij dat niet alle maatschappelijke organisaties erin zijn geslaagd om hun achterban goed te bereiken, te organiseren en/of te representeren en dat daar ook geen ondersteuning in kon worden geboden door de Tafel. Deze zaken samen veroorzaken een zeker chagrijn over het functioneren van de Tafel, dat niet kon worden weggenomen door de breed gedragen tevredenheid over de staf, de werkwijze met stuur- en werkgroepen, noch door de behaalde resultaten.
Toch zijn de gesprekspartners vrijwel unaniem van mening dat de Dialoogtafel gecontinueerd moet worden. Ook in de governance-notitie van de kwartiermaker voor de Nationaal Coördinator Groningen en de Overheidsdienst Groningen krijgt de Dialoogtafel een belangrijke rol als vertegenwoordiger van de Groninger samenleving. Voor de exacte invulling van deze positie schetsen wij twee mogelijke scenario’s. De Tafel kan doorgaan als ‘klassiek adviesorgaan’, waar- bij de Tafel zonder overheden veel gemakkelijker tot overeenstemming kan komen, eensluidend advies kan uitbrengen en die adviezen gemakkelijker kan verdedigen bij de achterban. Tegelijkertijd loopt een dergelijk adviesorgaan het gevaar vooral aan de zijlijn te staan, en adviezen te produceren die welwillend worden ontvangen maar waar vervolgens weinig mee wordt gedaan. Daarom opteren wij voor het tweede scenario van de ‘maatschappelijke dialoog’, waarbij de Nationaal Coördinator namens de overheden een rol aan de Tafel blijft spelen. In dit scenario laat hij zich aan de voorkant sturen door de Tafel én legt hij verantwoording af aan de Tafel, zoals hij dat tegelijk aan de stuurgroep van overheden doet. Hoewel deze invulling een grotere investering zal vergen van alle betrokkenen, betaalt dat zich uit in een unieke mogelijkheid om daad- werkelijk invloed te claimen in de besluitvorming.
Voorziet de Dialoogtafel in een behoefte, is aan die behoefte op een effectieve wijze invulling gegeven en wat zijn de condities voor een succesvol vervolg?
Op basis van een documentstudie en gesprekken met deelnemers en andere betrokkenen, heb- ben wij een analyse gemaakt van het functioneren van Tafel sinds de oprichting in maart 2014. Daarnaast presenteren wij een advies voor de toekomstige positionering en inrichting van de Dialoogtafel.
Het doel van de Dialoogtafel was om bij te dragen aan het herstel van vertrouwen in de regio. Hierbij werd de Tafel ingezet als uiting van een nieuwe besturingsfilosofie waarbij, aanvullend op de traditionele verticale besturing, juist horizontaal overheden, bedrijven en burgers bij elkaar worden gebracht om daarmee op consensus gericht overleg te organiseren. Daarbij moet wel worden aangetekend dat bij de start van de Tafel onder deelnemers verschil van inzicht bestond – en is blijven bestaan – over de exacte invulling van die filosofie voor wat betreft functie, taakopvatting en rollen van de Dialoogtafel.
De Tafel heeft een grote rol gespeeld in onder andere het opzetten van het Centrum Veilig Wonen, de totstandkoming van het schadeprotocol, het ontwerp van de regeling waardevermeerdering, de start van veel maatregelen op het gebied van leefbaarheid, en zij heeft voor een groot deel bijgedragen aan de komst van de Nationaal Coördinator Groningen en de bijbehorende Overheidsdienst Groningen.
Toch bestaat er ontevredenheid over het functioneren van de Tafel. Er lijkt sprake te zijn geweest van blokvorming aan Tafel. Aan de ene kant stonden de akkoordpartijen (vertegenwoordigers namens overheden en de NAM), die konden terugvallen op hun bestuurlijke ervaring en hun professionele organisaties en zich bovendien vaak beriepen op het bestuursakkoord. Aan de andere kant stonden de maatschappelijke organisaties, die het werk aan de Tafel naast hun dagelijkse werkzaamheden moesten doen, en hierdoor veelal moeite hadden om tegenwicht te bieden. De twee voorzitters zagen zich gedwongen om de hieruit voortkomende ongelijkheid te compenseren, tot ontevredenheid van de akkoordpartners. Daar kwam nog bij dat niet alle maatschappelijke organisaties erin zijn geslaagd om hun achterban goed te bereiken, te organiseren en/of te representeren en dat daar ook geen ondersteuning in kon worden geboden door de Tafel. Deze zaken samen veroorzaken een zeker chagrijn over het functioneren van de Tafel, dat niet kon worden weggenomen door de breed gedragen tevredenheid over de staf, de werkwijze met stuur- en werkgroepen, noch door de behaalde resultaten.
Toch zijn de gesprekspartners vrijwel unaniem van mening dat de Dialoogtafel gecontinueerd moet worden. Ook in de governance-notitie van de kwartiermaker voor de Nationaal Coördinator Groningen en de Overheidsdienst Groningen krijgt de Dialoogtafel een belangrijke rol als vertegenwoordiger van de Groninger samenleving. Voor de exacte invulling van deze positie schetsen wij twee mogelijke scenario’s. De Tafel kan doorgaan als ‘klassiek adviesorgaan’, waar- bij de Tafel zonder overheden veel gemakkelijker tot overeenstemming kan komen, eensluidend advies kan uitbrengen en die adviezen gemakkelijker kan verdedigen bij de achterban. Tegelijkertijd loopt een dergelijk adviesorgaan het gevaar vooral aan de zijlijn te staan, en adviezen te produceren die welwillend worden ontvangen maar waar vervolgens weinig mee wordt gedaan. Daarom opteren wij voor het tweede scenario van de ‘maatschappelijke dialoog’, waarbij de Nationaal Coördinator namens de overheden een rol aan de Tafel blijft spelen. In dit scenario laat hij zich aan de voorkant sturen door de Tafel én legt hij verantwoording af aan de Tafel, zoals hij dat tegelijk aan de stuurgroep van overheden doet. Hoewel deze invulling een grotere investering zal vergen van alle betrokkenen, betaalt dat zich uit in een unieke mogelijkheid om daad- werkelijk invloed te claimen in de besluitvorming.
Original language | Dutch |
---|---|
Publisher | Rijksuniversiteit Groningen |
Commissioning body | Dialoogtafel |
Number of pages | 55 |
Publication status | Published - 29-Jun-2015 |