Odontogene sinusitis maxillaris

J.E. Weijerman

    Research output: ThesisThesis fully internal (DIV)

    4469 Downloads (Pure)

    Abstract

    Een oroantrale fistel blijkt in 51,7% der gevallen geleid te hebben tot een chronische en slechts in 29,2% tot een acute sinusitis (tabel 7 blz.72). Een verklaring hiervoor is vermoedelijk de goede drainagemogelijkheid van de sinus doordat het ostium meestal open is en bovendien afvoer van de pus via de fistel mogelijk is. De klachten zijn meestal, ook in het acute stadium, gering waardoor de patiënten zich over het algemeen eerst laat melden voor behandeling. Vaak klaagt de patiënt alleen maar over een vieze smaak of reuk en over moeilijkheden bij het drinken of roken. Een sinusitis als complicatie na een operatieve ingreep is bijna altijd een acute. De diagnose wordt meestal vroeg gesteld omdat deze patiënten circa 1 week na de ingreep terugkomen voor controle. Bij de 6 in dit onderzoek betrokken patiënten werd de diagnoses inusitis dan ook vastgesteld tijdens het controlebezoek. Al deze patiënten hadden duidelijke symptomen van een acute sinusitis. ... Zie: Conclusies
    Original languageDutch
    QualificationDoctor of Philosophy
    Awarding Institution
    • University of Groningen
    Supervisors/Advisors
    • Boering, Geert, Supervisor
    • Bleeker, J.D.J.W. , Co-supervisor, External person
    Award date24-May-1972
    Place of Publication[S.l.]
    Publisher
    Publication statusPublished - 1972

    Cite this