Abstract
Het laatste hoofdstuk handelt over Gerardus van der Leeuw, een van de grootste geleerden uit de geschiedenis van de Groningse universiteit met een internationale uitstraling. Als publiek figuur was hij ook in de media aanwezig. Van der Leeuw was naast godsdiensthistoricus en religiewetenschapper, ook volop theoloog. Dat maakt zijn werk soms moeilijk te plaatsen. Bovendien was hij een uiterst bewegelijk denker die zich niet bekommerde om terminologische onderscheidingen tussen verschillende disciplines. Arie Molendijk zoomt in op Van der Leeuws fenomenologie. Daar zit een relationeel, humanistisch element in. Volgens Van der Leeuw is de menselijkheid van de mens verankerd in het vermogen tot verstaan. Uiteindelijk is elk verstaan religieus van aard. Verstaan is ook liefhebben, kijken met een liefdevolle blik naar een geliefde voorwerp. Van der Leeuws hermeneutische fenomenologie vindt haar laatste grond in de goddelijke liefde. Ook alle wetenschappelijke verstaan heeft zijn laatste grond in God en leidt uiteindelijk tot God. Al zal met deze visie vandaag de dag geen subsidie voor wetenschappelijk onderzoek worden binnengehaald, toch houdt Van der Leeuw de huidige religiewetenschap een spiegel voor: Godsdienstwetenschap mag de experientiële dimensie van de religie niet miskennen.
Translated title of the contribution | Tua res agitur: Gerardus van der Leeuw and the phenomenology of religion |
---|---|
Original language | Dutch |
Title of host publication | 400 jaar Groninger theologie in het publieke domein |
Editors | Henk van den Belt |
Place of Publication | Soesterberg |
Publisher | Uitgeverij Aspekt |
Chapter | 5 |
Pages | 131-161 |
Number of pages | 31 |
ISBN (Print) | 978-94-6153-709-6 |
Publication status | Published - 2015 |