Samenvatting
Taal vloeit voort uit taalgebruik; leerders ontdekken de regelmatigheden en patronen van taal tijdens communicatie. Om de ontwikkeling van taal te verklaren, is het nodig te onderzoeken hoe taal wordt gevormd en beïnvloed door input. Een groepsonderzoek toonde aan dat het moment waarop incidentele input wordt verstrekt een belangrijke rol speelt bij het aanleren van contextuele woordenschat (collocaties en associaties). Vervolgens keek ik in meer detail naar de processen die een invloed hebben op hoe leerders woorden gebruiken in hun schriftelijke producties. Ik kwam tot de bevinding dat het leerproces op het vlak van woordenschat van iedere leerder op een verschillende manier afhankelijk is van de hoeveelheid ontvangen input en dat de taal van elk individu zich op een verschillende manier ontwikkelt. Ik onderzocht eveneens twee verschillende soorten taalproducties, gesproken en geschreven, waarbij ik keek naar lexicale en syntactische elementen. Ik kwam tot de conclusie dat geschreven taal wordt gekenmerkt door een hogere mate van lexicale diversiteit dan gesproken taal, terwijl gesproken taal gekenmerkt wordt door meer syntactische complexiteit. Voorts concludeerde ik dat het verband tussen geschreven en gesproken taal verandert in de loop van de tijd en dat de relatie tussen de twee soms competitief en soms ondersteunend is, en dat individuele taalontwikkelingspatronen niet identiek zijn, zelfs niet bij identieke tweelingen.
Originele taal-2 | English |
---|---|
Kwalificatie | Doctor of Philosophy |
Toekennende instantie |
|
Begeleider(s)/adviseur |
|
Datum van toekenning | 12-mrt.-2015 |
Plaats van publicatie | [S.l.] |
Uitgever | |
Gedrukte ISBN's | 978-90-367-6497-1 |
Elektronische ISBN's | 978-90-367-6504-6 |
Status | Published - 2015 |