Bewegingen binnen de praktijk

Naar aanleiding van de kennis over motorische inactiviteit bij personen met (Z)EVMB ontwikkelt de praktijk diverse (veelbelovende) initiatieven om beschreven groep te activeren. Er heeft echter nog weinig systematisch onderzoek plaatsgevonden naar deze initiatieven. Onduidelijk is uit welke onderdelen deze initiatieven precies bestaan en welke effecten er mogelijk bewerkstelligd kunnen worden. Deze kennis kan benut worden bij de ontwikkeling van een interventie om beschreven groep motorisch te activeren en (meer) betekenis te geven aan deze wijze van activering vanuit het idee dat bewegen goed is voor de gezondheid maar juist ook voor effecten op het domein van welzijn en participatie. In deze sessie wordt de opzet besproken van een onderzoek waarbij de volgende vragen centraal staan:
- Welke interventies worden binnen Nederlandse zorgorganisaties voor de motorische activering van personen met een (zeer) ernstige verstandelijke beperking ingezet?
- Waaruit bestaan deze interventies en wat zijn de effectieve componenten?
- Welke interventie(s) en/of welk model kan op basis van deze praktijk initiatieven ontwikkeld worden voor de motorische activering van beschreven groep personen?
Een en ander wordt geïllustreerd aan de hand van een praktijkvoorbeeld waarbij een binnen de praktijk ontwikkelde interventie centraal staat.