Feitenvaststelling in beroep

T. Barkhuysen, L.J.A. Damen, K.J. de Graaf, A.T. Marseille, W. den Ouden, Y.E. Schuurmans, A. Tollenaar

    OnderzoeksoutputAcademic

    785 Downloads (Pure)

    Samenvatting

    Dit deelrapport van de Derde Evaluatie van de Algemene wet bestuursrecht gaat over de feitenvaststelling in beroep. De feiten zijn vaak van doorslaggevend belang voor de beoordeling van bestuursrechtelijke geschillen. Toch bevat de Awb weinig bepalingen die de feitenvaststelling reguleren. Er is bovendien weinig zicht op de wijze waarop de bestuursrechter in de praktijk de feiten vaststelt en hoe hij daarbij gebruikmaakt van zijn onderzoeksbevoegdheden. In dit onderzoek staat centraal aan welke eisen van nationaal en Europees recht de rechter is gebonden wanneer hij feiten vaststelt of toetst, hoe de rechter dat in de praktijk doet, of deze praktijk volgens procesdeelnemers voldoet en of de praktijk in overeenstemming is met de daarvoor geldende rechtsnormen. In dat kader is zowel juridisch-normatief als empirisch onderzoek verricht. Op die basis is bezien waar zich knelpunten voordoen bij de feitenvaststelling en hoe deze kunnen worden verholpen. Dit resulteert in een door de onderzoekers ontwikkeld model voor feitenvaststelling in het bestuurs(proces)recht en een aantal aanbevelingen
    Originele taal-2Dutch
    Plaats van productieDen Haag
    UitgeverijBoom Juridische uitgevers
    Aantal pagina's380
    ISBN van geprinte versie9789054547686
    StatusPublished - 2007

    Publicatie series

    NaamDerde evaluatie van de Algemene wet bestuursrecht
    Volume2006

    Keywords

    • 86

    Citeer dit