Samenvatting
In Nederland is het verlenen van gratie een bevoegdheid van de Kroon en heeft de rechter die de straf heeft opgelegd daarbij een zwaarwegende stem. Als het gaat om een lange gevangenisstraffen is het minder vanzelfsprekend geworden dat de minister die stem volgt. Hij wijkt dan af van het gerechtelijk advies. De afgelopen jaren zijn dergelijke afwijkende beslissingen aan de burgerlijke rechter voorgelegd. Deze heeft nu reeds enkele malen de minister bevolen zijn beslissing te herroepen. De vraag is echter welke ruimte de burgerlijke rechter heeft om de beslissing van de minister te toetsen en in verband daarmee: in hoeverre de minister eigenlijk van het gerechtelijk advies mag afwijken. Deze vragen worden in dit artikel vanuit bestuursrechtelijk perspectief benaderd.
Originele taal-2 | Dutch |
---|---|
Artikelnummer | NTS 2021/3 |
Pagina's (van-tot) | 6-19 |
Aantal pagina's | 14 |
Tijdschrift | Nederlands Tijdschrift voor Strafrecht |
Volume | 2021 |
Nummer van het tijdschrift | 1 |
DOI's | |
Status | Published - 2021 |