Samenvatting
Dit proefschrift bestaat uit vier hoofdstukken over vraagstukken met betrekking tot het transmissiemechanisme van monetaire beleid. Het eerste hoofdstuk analyseert de interactie tussen monetair beleid en financiële stabiliteit, met behulp van een algemeen evenwichtsmodel met financiële fricties. Hierin zijn negatieve externaliteiten aanwezig waardoor een financiëel stabiliteitsbeleid nodig is. Het transmissiemechanisme blijkt afhankelijk te zijn van de instrumenten voor het bereiken van financiële stabiliteit. Er blijkt een wisselwerking te bestaan met betrekking tot het bereiken van monetaire en financiële stabiliteit.
Voor een optimaal monetair beleid moet de verhoging van de rente hoger zijn dan de verwachte inflatieschok om de beleidsdoelen te realiseren. Dit staat bekend als het Taylor principe. Het tweede hoofdstuk geeft aan dat er niet hoeft te worden voldaan aan het Taylor principe indien de monetaire autoriteiten onder een commitment regime.
Het derde hoofdstuk construeert een dynamisch model met bankkapitaal, waarbij de dynamiek aangestuurd wordt door ingehouden bankwinsten en het geraliseerde kredietrisico. Het hoofdstuk bestudeert de evolutie van de kapitaalratio van een winstmaximaliserende bank en de reacties op schokken tijdens perioden van langdurige neergang. De modellering van financiële fricties wordt verrijkt door functies inherent aan de banksector.
Het laatste hoofdstuk laat zien dat yield spreads van obligaties kunnen worden onderverdeeld in een bestanddeel dat de kans op wanbetaling van de onderneming weerspiegelt en een residu waarnaar we verwijzen als "excess bond premium. Dit residu blijkt een belangrijke indicator te zijn voor de conjunctuurcyclus. De belangrijkste bevinding is dat deze premie de invloed van bankstrategieën op de prijstelling van obligaties weergeeft.
Voor een optimaal monetair beleid moet de verhoging van de rente hoger zijn dan de verwachte inflatieschok om de beleidsdoelen te realiseren. Dit staat bekend als het Taylor principe. Het tweede hoofdstuk geeft aan dat er niet hoeft te worden voldaan aan het Taylor principe indien de monetaire autoriteiten onder een commitment regime.
Het derde hoofdstuk construeert een dynamisch model met bankkapitaal, waarbij de dynamiek aangestuurd wordt door ingehouden bankwinsten en het geraliseerde kredietrisico. Het hoofdstuk bestudeert de evolutie van de kapitaalratio van een winstmaximaliserende bank en de reacties op schokken tijdens perioden van langdurige neergang. De modellering van financiële fricties wordt verrijkt door functies inherent aan de banksector.
Het laatste hoofdstuk laat zien dat yield spreads van obligaties kunnen worden onderverdeeld in een bestanddeel dat de kans op wanbetaling van de onderneming weerspiegelt en een residu waarnaar we verwijzen als "excess bond premium. Dit residu blijkt een belangrijke indicator te zijn voor de conjunctuurcyclus. De belangrijkste bevinding is dat deze premie de invloed van bankstrategieën op de prijstelling van obligaties weergeeft.
Originele taal-2 | English |
---|---|
Kwalificatie | Doctor of Philosophy |
Toekennende instantie |
|
Begeleider(s)/adviseur |
|
Datum van toekenning | 21-dec.-2015 |
Plaats van publicatie | [Groningen] |
Uitgever | |
Gedrukte ISBN's | 978-90-367-8306-4 |
Elektronische ISBN's | 978-90-367-8305-7 |
Status | Published - 2015 |