Samenvatting
Dit proefschrift is gericht op de resultaten van diagnose en behandeling van urotheelcelcarcinoom (UCC). Afhankelijk van de locatie wordt urotheelcelcarcinoom blaaskanker respectievelijk hoge urineweg tumor (UUTT) genoemd.
Het eerste deel is gewijd aan de blaaskankerzorg binnen verschillende regio's in Nederland in een tijd dat er alleen Europese en Amerikaanse richtlijnen beschikbaar waren. De zorgpatronen van zowel patiënten met een zogenaamd hoog risico niet-spierinvasief blaascarcinoom (NMIBC) als van patiënten met spierinvasief blaascarcinoom (MIBC) zijn geëvalueerd teneinde te kunnen bepalen welke invloed patiënt, tumor en arts gerelateerde factoren hebben gehad op de behandelkeuzes en de behandeluitkomsten. Hogere leeftijd en meer comorbiditeit bleken voorname factoren voor het niet ondergaan van de aanbevolen behandeling.
In het tweede deel van het proefschrift wordt de toepassing van urografie met betrekking tot het opsporen en behandelen van UCC van de hoge urinewegen behandeld. De geschiedenis en achtergrond van de verschillende urografische technieken worden in detail besproken. Tegenwoordig wordt de computertomografie scan met urografische fase (CTU), het meest frequent gebruikt. Alhoewel niet routinematig in de meeste urologische praktijken gebruikt, speelt het retrograde ureteropyelogram (RUP) een belangrijke rol. Dat heeft vooral te maken met de uitstekende toegang tot röntgen faciliteiten gedurende de afgelopen vier decennia. In één studie wordt de uitvoerbaarheid en de efficiëntie van de RUP bij het stellen van de diagnose UCC van de UUT nagegaan. In de andere wordt de mate van opacificatie van RUP met die van de CTU vergeleken en in de tweede de nauwkeurigheid van RUP bij het vroegtijdig opsporen van UUTTs geëvalueerd.
Het eerste deel is gewijd aan de blaaskankerzorg binnen verschillende regio's in Nederland in een tijd dat er alleen Europese en Amerikaanse richtlijnen beschikbaar waren. De zorgpatronen van zowel patiënten met een zogenaamd hoog risico niet-spierinvasief blaascarcinoom (NMIBC) als van patiënten met spierinvasief blaascarcinoom (MIBC) zijn geëvalueerd teneinde te kunnen bepalen welke invloed patiënt, tumor en arts gerelateerde factoren hebben gehad op de behandelkeuzes en de behandeluitkomsten. Hogere leeftijd en meer comorbiditeit bleken voorname factoren voor het niet ondergaan van de aanbevolen behandeling.
In het tweede deel van het proefschrift wordt de toepassing van urografie met betrekking tot het opsporen en behandelen van UCC van de hoge urinewegen behandeld. De geschiedenis en achtergrond van de verschillende urografische technieken worden in detail besproken. Tegenwoordig wordt de computertomografie scan met urografische fase (CTU), het meest frequent gebruikt. Alhoewel niet routinematig in de meeste urologische praktijken gebruikt, speelt het retrograde ureteropyelogram (RUP) een belangrijke rol. Dat heeft vooral te maken met de uitstekende toegang tot röntgen faciliteiten gedurende de afgelopen vier decennia. In één studie wordt de uitvoerbaarheid en de efficiëntie van de RUP bij het stellen van de diagnose UCC van de UUT nagegaan. In de andere wordt de mate van opacificatie van RUP met die van de CTU vergeleken en in de tweede de nauwkeurigheid van RUP bij het vroegtijdig opsporen van UUTTs geëvalueerd.
Vertaalde titel van de bijdrage | Urotheelcel Carcinoom: Zorgpatronen en hedendaagse urografie |
---|---|
Originele taal-2 | English |
Kwalificatie | Doctor of Philosophy |
Toekennende instantie |
|
Begeleider(s)/adviseur |
|
Datum van toekenning | 29-okt.-2014 |
Uitgever | |
Gedrukte ISBN's | 978-90-367-7200-6 |
Elektronische ISBN's | 978-90-367-7199-3 |
Status | Published - 2014 |